PalettenIn dit gedeelte worden de paletten van &krita; beschreven De paletten bevinden zich gewoonlijk aan de rechterkant van het hoofdvenster van &krita;. Er zijn drie paletten waarmee u diverse eigenschappen van uw afbeeldingen kunt instellen: Het palet GereedschappenHet palet Gereedschappen bevat drie tabbladen. U kunt een overzicht van de afbeelding krijgen, een kleurhistogram bekijken en opties voor het huidige gereedschap wijzigen.OverzichtHet tabblad OverzichtHet tabblad Overzicht
Het tabblad Overzicht
Op dit tabblad vindt u twee opties om in te stellen. Met de schuifpijlen, de schuifregelaar en de knop 1:1 onderin kunt u de zoomfactor voor het huidige document instellen. Bij Belichting: kunt u het belichtingsniveau voor OpenEXR-afbeeldingen instellen. U kunt de schuifregelaar gebruiken, de waarde in het tekstvak typen of de waarde veranderen door op de schuifpijlen te klikken. Verder geven de labels X en Y de huidige cursorpositie aan, (0,0) is de linkerbovenhoek van het canvas.HistogramHet tabblad HistogramHet tabblad Histogram
Het tabblad Histogram
Op dit tabblad ziet u een kleurhistogram met de verdeling van de kleuren in de afbeelding. Het histogram is verdeeld in rode, groene en blauwe niveaus.GereedschapIn werkelijkheid is er geen tabblad met deze naam, omdat de naam van het tabblad afhankelijk is van het geselecteerde gereedschap. Op dit tabblad kunt u de beschikbare opties aanpassen.PenseelHet tabblad voor PenseelHet tabblad voor Penseel
Het tabblad voor Penseel
Op dit tabblad zijn drie opties beschikbaar. Bij Dekking kunt u met de schuifregelaar of met de schuifpijlen het dekkingspercentage bij het tekenen instellen (dekking is het tegenovergestelde van transparantie, 100% dekking is 0% transparant, en omgekeerd ). In de keuzelijst Modus kunt u een tekenmodus kiezen. Hierdoor verandert het effect dat tekenen op de afbeelding heeft (bijvoorbeeld alleen de verzadiging of alleen de helderheid worden veranderd). Met de optie Direct op ondergrond kunt u bepalen of u direct op de huidige laag wilt schilderen of op een tijdelijke laag die daarna op de huidige laag wordt aangebracht. Dit kan verschil uitmaken, vooral als u met een relatief laag dekkingspercentage werkt.LijnHet tabblad voor LijnHet tabblad voor Lijn
Het tabblad voor Lijn
Zie Penseel voor de beschrijving van Dekking en Modus. De knop ? laat tips zien over het gebruik van de de Shift-, Ctrl- en Alt-toetsen.RechthoekHet tabblad voor RechthorkHet tabblad voor Rechthoek
Het tabblad voor Rechthoek
Zie Penseel voor de beschrijving van Dekking en Modus. In de keuzelijst Vullen kunt u specificeren of de rechthoek gevuld moet worden. U kunt kiezen uit drie opties: de huidige voorgrondkleur, de huidige achtergrondkleur of het huidige patroon.BézierZie Penseel voor de beschrijving van Modus en Dekking.EllipsHier zijn dezelfde opties als voor Rechthoek beschikbaar.VeelhoekHier zijn dezelfde opties als voor Rechthoek beschikbaar.Gebroken lijnHier zijn dezelfde opties als voor Lijn beschikbaar.SterHet tabblad voor SterHet tabblad voor Ster
Het tabblad voor Ster
De opties voor Rechthoek zijn hier beschikbaar, evenals twee specifieke opties. In de keuzelijst Punten: kunt u het aantal hoekpunten voor de ster instellen. De instelling Verhouding: definieert de vorm van de ster. Een verhouding van 0% creëert een ster zonder ingesloten ruimte (de twee lijnen die een punt van de ster vormen, overlappen elkaar). Als het percentage verhoogd wordt, krijgt de ster langzaam maar zeker meer omvang (de twee lijnen worden van elkaar getrokken). Een ster met een verhouding van 100% is een regelmatige veelhoek. DuplicerenHet tabblad voor DuplicerenHet tabblad voor Dupliceren
Het tabblad voor Dupliceren
Hier zijn dezelfde opties als voor Lijn en drie andere opties beschikbaar. Met de opties Zonder kleur en Straal kunt u instellen dat bij het dupliceren de kleuren niet gekopieerd worden, maar alleen de structuur van het brongebied. Als u de optie Perspectief corrigeren inschakelt, wordt bij het dupliceren het perspectiefraster gevolgd. Met filters schilderenHet tabblad voor Met filters schilderenHet tabblad voor Met filters schilderen
Het tabblad voor Met filters schilderen
Afhankelijk van het filter kunt u hier verschillende opties instellen. De opties die u kunt instellen zijn dezelfde die u bij de normale instellingen voor het gekozen filter kunt instellen. Zie het gedeelte over filters in het hoofdstuk Dialoogvensters voor meer informatie.TransformerenHet tabblad voor TransformerenHet tabblad voor Transformeren
Het tabblad voor Transformeren
The Move X and Move Y
spin boxes show, and can be used to set, the displacement of the layer or
selection. The same applies to Scale X and Scale
Y for the scaling of the current layer or selection. Finally, -->
In de keuzelijst Filter kunt u het algoritme kiezen dat gebruikt moet worden voor de transformatie.UitsnijdenHet tabblad voor UitsnijdenHet tabblad voor Uitsnijden
Het tabblad voor Uitsnijden
U kunt de coördinaten voor de hoeken van het te behouden gebied instellen door de waarden bij X:, Y:, Breedte: en Hoogte: te veranderen. Bij Verhouding: kunt u een waarde invullen om de Y/X-verhouding te bepalen. Markeer een keuzevakje om de waarde constant te houden wanneer de grootte van het gebied wordt gewijzigd. In de keuzelijst kunt u kiezen of de gehele afbeelding of alleen de huidige laag gewijzigd moet worden. Klik op de knop Uitsnijden, dit heeft hetzelfde effect als dubbelklikken buiten het gebied in de afbeelding.Aaneengesloten gebied vullenHet tabblad voor Aaneengesloten gebied vullenHet tabblad voor Aaneengesloten gebied vullen
Het tabblad voor Aaneengesloten gebied vullen
Hier zijn dezelfde opties als voor Penseel beschikbaar, plus een paar andere opties. De instelling bij Drempel: bepaalt hoe dicht de kleur van het punt waar het vullen begint, bij de kleur van een punt moet zijn om gevuld te worden. Een hogere drempel vult ook gebieden die minder gelijksoortige kleuren hebben, een lagere drempel beperkt het te vullen gebied. Als u het keuzevakje Gehele selectie vullen markeert, wordt de gehele selectie gevuld in plaats van alleen het aangrenzende gebied. Als u het keuzevakje Tot huidige laag beperken markeert, wordt de methode van vullen gewijzigd: de grens van het te vullen gebied wordt bepaald door de huidige laag in plaats van door de gehele afbeelding. Als u het keuzevakje Patroon gebruiken markeert, wordt met het momenteel geselecteerde patroon gevuld in plaats van met de voorgrondkleur. KleurverloopHet tabblad voor KleurverloopHet tabblad voor Kleurverloop
Het tabblad voor Kleurverloop
Hier zijn dezelfde opties als voor Penseel beschikbaar, plus een paar andere opties. In de keuzelijst Vorm kunt u het type kleurverloop kiezen: Lineair, Dubbel-lineair, Radiaal, Vierkant, Conisch en Conisch symmetrisch. De optie Herhaling bepaalt of het kleurverloop herhaald wordt als het de gehele afbeelding niet vult. Met Geen, worden de kleuren aan de uiteinden van het kleurverloop gebruikt om de overblijvende ruimte te vullen. Met Normaal wordt het kleurverloop normaal herhaald, (het einde wordt met het begin van de volgende verbonden). Met Afwisselend wordt elke tweede herhaling van achteren naar voren getekend (de einden worden aan elkaar verbonden en de beginnen worden aan elkaar verbonden). Als u het keuzevakje Omkeren markeert, wordt het kleurverloop omgekeerd getekend (van achter naar voor). De laatste instelling is Anti-aliasdrempel, deze bepaalt hoe glad de kleuren overlopen. TekstHet tabblad voor TekstHet tabblad voor Tekst
Het tabblad voor Tekst
Hier zijn dezelfde opties als voor Penseel beschikbaar. Verder is er nog de optie Lettertype, waarin u kunt zien welk lettertype voor de tekst gebruikt wordt. Klik op de knop ... om het lettertype te wijzigen. KleurenkiezerHet tabblad voor KleurenkiezerHet tabblad voor Kleurenkiezer
Het tabblad voor Kleurenkiezer
De eerste optie is een keuzelijst waarin u kunt kiezen uit welke laag de kleur overgenomen moet worden. Als u een specifieke laag kiest, wordt de kleur van het punt in die laag genomen. Met Alle zichtbare lagen beschouwen wordt de bovenste zichtbare, niet-transparante laag gebruikt. Als u het keuzevakje Huidige kleur bijwerken markeert, wordt de huidige voorgrondkleur (wanneer u met de &LMB; klikt) of achtergrondkleur (wanneer u met de &RMB; klikt) ingesteld als kleur die overgenomen moet worden. Het keuzevakje Aan palet toevoegen en de bijbehorende keuzelijst bepalen of de overgenomen kleur aan een bestaand kleurenpalet toegevoegd moet worden. Markeer het keuzevakje en kies het gewenste kleurenpalet uit de lijst als u de kleur wilt toevoegen. Het keuzevakje Kleurwaarden als percentages schakelt de weergave van de kleurwaarden van het normale bereik (van 0 tot 255) om naar een waarde tussen 0% en 100%. Met de optie Straal kunt u de grootte van het gebied instellen dat gebruikt wordt om de kleur over te nemen. Een straal van één neemt de kleur van één pixel over, een grotere straal laat een gemiddelde van de kleuren in het cirkelvormige gebied, met de gekozen straal om de pixel heen, overnemen. SelecteriegereedschappenHet tabblad voor SelectiegereedschappenHet tabblad voor Selectiegereedschappen
Het tabblad voor Selectiegereedschappen
De gereedschappen Selectie tekenen, Selectie wissen, Rechthoek selecteren, Ellips selecteren, Veelhoek selecteren en Omtrek selecteren hebben één optie: de Actie: die uitgevoerd moet worden. U kunt kiezen uit Toevoegen aan of Aftrekken van de selectie.Aaneengesloten gebieden selecterenHet tabblad voor Aaneengesloten gebied selecterenHet tabblad voor Aaneengesloten gebied selecteren
Het tabblad voor Aaneengesloten gebied selecteren
De optie Actie: is hetzelfde als voor Selectiegereedschappen. U kunt de schuifregelaar en de schuifpijlen bij Vaagheid: gebruiken om te bepalen hoe dicht de kleuren bij de kleur op het geselecteerde punt moeten liggen om aan de selectie toegevoegd te worden. Als het keuzevakje Alle lagen beschouwen gemarkeerd is, wordt de grens van de selectie bepaald door naar de gehele afbeelding te kijken, in plaats van alleen naar de huidige laag. Gelijksoortige kleuren selecterenDe opties Actie: en Vaagheid: zijn hetzelfde als voor Aaneengesloten gebied selecteren. Magnetisch selecterenHet tabblad voor Magnetisch selecterenHet tabblad voor Magnetisch selecteren
Het tabblad voor Magnetisch selecteren
De optie Actie: is hetzelfde als voor Selectiegereedschappen. De optie Afstand: bepaalt de maximale afstand waarop naar randen gezocht wordt die bij de selectie inbegrepen worden. De knop Selectie maken heeft hetzelfde effect als met de &LMB; dubbelklikken: de selectie wordt voltooid. Het palet KleurenIn dit palet kunt u de voorgrond- en achtergrondkleuren, die u wilt gebruiken om mee te verven, kiezen. U kunt deze op vijf verschillende manieren kiezen. Elke manier heeft een eigen tabblad. U kunt kiezen welke kleur u wilt instellen door op de knoppen in de linkerbovenhoek te klikken. De bovenste kleur is de voorgrondkleur, de onderste kleur is de achtergrondkleur. Door op de dubbele pijl te klikken kunt u de kleuren verwisselen: de voorgrondkleur wordt de achtergrondkleur en omgekeerd. Als u op het kleine zwart-witplaatje klikt, worden de standaardkleuren (zwarte voorgrond, witte achtergrond) teruggezet. HSVHet tabblad HSVHet tabblad HSV
Het tabblad HSV
Op dit tabblad kunt u een kleur kiezen via het systeem Hue (Tint) / Saturation (Verzadiging) / Value (Waarde). De tint bepaalt de hoofdkleur en begint bij rood met 0, en loopt dan op langs het kleurenspectrum (dat wil zeggen, langs de lijn geel, groen, blauw, violet) naar een maximum van 359. Dit wordt in de cirkel op het tabblad voorgesteld als de hoekcomponent (bovenaan beginnend en met de klok mee draaiend om de waarde van de tint te verhogen). De verzadiging bepaalt hoe puur de kleur is. Een verzadiging van 255 levert de pure kleur op, een verzadiging van 0 levert een grijstint op. Dit is de straalcomponent van de kleurencirkel: het middelpunt komt overeen met "geen verzadiging", de cirkelomtrek komt overeen met "volledig verzadigd". De waarde bepaalt de helderheid van de kleur. Dit maakt de kleur donkerder of lichter en kan worden ingesteld met de verticale schuifbalk op het tabblad. Een waarde van 0 levert zwart op, een waarde van 255 levert de pure kleur op. RGBHet tabblad RGBHet tabblad RGB
Het tabblad RGB
Op dit tabblad kunnen de kleuren gekozen worden aan de hand van de componenten Red (Rood) / Green (Groen) / Blue (Blauw). U kunt rode, groene en blauwe componenten instellen op een schaal van 0 tot 255. Bij 0 is de component van die kleur afwezig, bij 255 wordt de maximale intensiteit gebruikt. De schuifregelaars veranderen van kleur, zodat u kunt zien wat de kleur wordt als u de overeenkomstige waarde verandert. GrijsHet tabblad GrijsHet tabblad Grijs
Het tabblad Grijs
Op dit tabblad kunt u een grijswaarde kiezen (aangeduid met een K voor "Key", die gewoonlijk gebruikt wordt voor zwart).De grijswaarde kan gekozen worden op een schaal van 0 (puur wit) tot 255 (puur zwart).PalettenHet tabblad PalettenHet tabblad Paletten
Het tabblad Paletten
Op dit tabblad kunt u een kleur uit verscheidene voorgedefinieerde kleurenpaletten kiezenU kunt een kleurenpalet uit de keuzelijst bovenin kiezen.WaterverfHet tabblad WaterverfHet tabblad Waterverf
Het tabblad Waterverf
Op dit tabblad vindt u een aantal kleuren voor het verven met natte verf. U kunt twee opties instellen om de eigenschappen van de verf te veranderen: Verfsterkte: beïnvloedt hoeveel verf u op het canvas aanbrengt, Vochtigheid: bepaalt hoe nat de verf is wanneer deze wordt aangebracht. U kunt de verf later laten drogen. Het palet LagenDit palet heeft twee tabbladen.LagenHet tabblad LagenHet tabblad Lagen
Het tabblad Lagen
Op dit tabblad kunt u verscheidene instellingen voor lagen maken. Linksboven kunt u kiezen welke vermengmodus er gebruikt wordt voor de geselecteerde laag. Deze mogelijkheden zijn dezelfde als die voor de tekenmethoden gebruikt worden. In het vakje rechtsboven kunt u de dekking van de geselecteerde laag instellen. 0% dekking komt overeen met 100% transparantie en omgekeerd. De lijst toont alle lagen en hun namen. Er zijn verscheidene pictogrammen waarmee u eigenschappen van de lagen kunt wijzigen. Het pictogram met het oog bepaalt of de laag zichtbaar is of niet, het pictogram met de schakels wordt gebruikt om lagen aan elkaar te koppelen. Met het pictogram met het slot kunt u een laag vergrendelen. Vergrendelde lagen kunnen niet bewerkt worden. Onder de lijst bevinden zich knoppen. U kunt een nieuwe laag creëren, de huidige laag omhoog of omlaag verplaatsen, de eigenschappen van de laag bekijken en de laag verwijderen. Er zijn nog enkele handigheidjes die u met de muis kunt uithalen. Rechtsklik op de lijst en selecteer Nieuwe map om een nieuwe map te creëren waarin u lagen kunt groeperen. U kunt lagen ook slepen en verplaatsen om de volgorde te veranderen. Om dit te doen klikt u op het onderste gedeelte van het item dat een laag voorstelt, houd de muisknop ingedrukt, versleep dan de muis en laat de muisknop op de gewenste plaats los. Als u op het bovenste gedeelte van het item klikt, krijgt u een tekstvak waarin u de naam van de laag kunt wijzigen. ScriptbeheerHet tabblad ScriptbeheerHet tabblad Scriptbeheer
Het tabblad Scriptbeheer
Dit tabblad is een kleinere versie van het dialoogvenster Scriptbeheer. Meer informatie kunt u bij de beschrijving daarvan vinden.