From 0b8ca6637be94f7814cafa7d01ad4699672ff336 Mon Sep 17 00:00:00 2001 From: Darrell Anderson Date: Tue, 21 Jan 2014 22:06:48 -0600 Subject: Beautify docbook files --- tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/commands.docbook | 1690 ++++---------------- tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/credits.docbook | 23 +- tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/index.docbook | 83 +- .../docs/tdewebdev/xsldbg/introduction.docbook | 27 +- tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/usage.docbook | 339 +--- 5 files changed, 443 insertions(+), 1719 deletions(-) (limited to 'tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg') diff --git a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/commands.docbook b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/commands.docbook index f60a84d1d15..c63b9a5db41 100644 --- a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/commands.docbook +++ b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/commands.docbook @@ -1,1731 +1,751 @@ -Opdrachten-overzicht +Opdrachten-overzicht -Addparam -Een parameter voor libxslt toevoegen; equivalent aan het meegeven van --param <QNAAM>:<XPAD> op de opdrachtregel. - -Gebruik van addparam - -addparam <QNAAM> <XPAD>    (<XPAD> mag geen spaties of dubbele aanhalingstekens bevatten.) -addparam <QNAAM> "<XPAD>"    (<XPAD> mag geen dubbele aanhalingstekens bevatten.) +Addparam +Een parameter voor libxslt toevoegen; equivalent aan het meegeven van --param <QNAAM>:<XPAD> op de opdrachtregel. + +
Gebruik van addparam + +addparam <QNAAM> <XPAD>    (<XPAD> mag geen spaties of dubbele aanhalingstekens bevatten.) +addparam <QNAAM> "<XPAD>"    (<XPAD> mag geen dubbele aanhalingstekens bevatten.) - +
-Addwatch -Een expressie voor observatie toeveogen. Zie showwatch voor het weergeven van waarden. -Afkorting: watch -Gebruik van addwatch - -addwatch <XPAD> +Addwatch +Een expressie voor observatie toeveogen. Zie showwatch voor het weergeven van waarden. +Afkorting: watch +
Gebruik van addwatch + +addwatch <XPAD> - +
-Base -De basis van deze knoop weergeven -Gebruik van base +Base +De basis van deze knoop weergeven +
Gebruik van base -base +base
-Break -Afbreken in een sjabloon, een bepaalde locatie in een stijlblad of xml-bestand dat geladen is door xsldbg, of de huidige knoop. Nieuw in xsldbg 3.1.4: In gdb-compatibiliteitsmodus kunnen breekpunten op een bepaalde regel in een bestand gezet worden, en later geactiveerd worden. -Afkorting: bxsldbg probeert de complete URL te raden, gegeven een bestandsnaam zonder pad. bestandsnaam in dezelfde map als het "bovenste" geladen stijlblad een bestandsnaam relatief aan de huidige werkmap van xsldbg. Als u bijvoorbeeldhet stijlblad ../en/xsldoc.xsl geladen heeft kunt u dit doen: break -l xsldoc.xsl 26 Deze opdracht werkt met gedeeltelijke of gehele QNAAM-sjablonen en/of modi. Bijvoorbeeld "template" komt overeen met elke QNAAM waarvan het lokale deel "template" is. Een namespace in de opgegeven QNAAM wordt uitgebreid zoals opgegeven in de namespaces die gedefinieerd zijn in het XSL-bronbestand, bijvoorbeeld "xsl:test1" wordt uitgebreid naar "http://www.w3.org/199/XSL/Transform:test1". Een opgevraagd breekpunt moet mogelijk verwerkt worden om de URL en het regelnummer te verkrijgen. Dit wordt automatisch gedaan nadat het eerste sjabloon ingeladen is door xsldbg. Breekpunten worden kort na de start van elke uitvoering opnieuw gevalideerd. Automatische validatie van breekpunten wordt gedaan als gdb-modus ingeschakeld is - de standaardinstelling van xsldbg. -Gebruik van break +Break +Afbreken in een sjabloon, een bepaalde locatie in een stijlblad of xml-bestand dat geladen is door xsldbg, of de huidige knoop. Nieuw in xsldbg 3.1.4: In gdb-compatibiliteitsmodus kunnen breekpunten op een bepaalde regel in een bestand gezet worden, en later geactiveerd worden. +Afkorting: bxsldbg probeert de complete URL te raden, gegeven een bestandsnaam zonder pad.bestandsnaam in dezelfde map als het "bovenste" geladen stijlbladeen bestandsnaam relatief aan de huidige werkmap van xsldbg. Als u bijvoorbeeldhet stijlblad ../en/xsldoc.xsl geladen heeft kunt u dit doen: break -l xsldoc.xsl 26 Deze opdracht werkt met gedeeltelijke of gehele QNAAM-sjablonen en/of modi. Bijvoorbeeld "template" komt overeen met elke QNAAM waarvan het lokale deel "template" is. Een namespace in de opgegeven QNAAM wordt uitgebreid zoals opgegeven in de namespaces die gedefinieerd zijn in het XSL-bronbestand, bijvoorbeeld "xsl:test1" wordt uitgebreid naar "http://www.w3.org/199/XSL/Transform:test1". Een opgevraagd breekpunt moet mogelijk verwerkt worden om de URL en het regelnummer te verkrijgen. Dit wordt automatisch gedaan nadat het eerste sjabloon ingeladen is door xsldbg. Breekpunten worden kort na de start van elke uitvoering opnieuw gevalideerd. Automatische validatie van breekpunten wordt gedaan als gdb-modus ingeschakeld is - de standaardinstelling van xsldbg. +
Gebruik van break -break -l <BESTANDSNAAM> <REGELNR>    (Om een breekpunt op een bepaalde regel in het opgegeven bestand te zetten) -break -l <URI> <REGELNR>    (Om een breekpunt op een bepaalde regel in de opgegeven URI te zetten) -break <SJABLOONNAAM>    (Afbreken op een opgegeven of overeenkomend sjabloon.) -break <SJABLOONNAAM> <MODUSNAAM>    (Afbreken op het opgegeven sjabloon met een bepaalde modus.) -> -break "" <MODUSNAAM>    (Afbreken op elk sjabloon met de opgegeven modus.) -break *    (Afbreken op elk sjabloon.) -break \*    (Afbreken op het sjabloon "*". Een andere naam die '*' bevat wordt niet speciaal behandeld.) -break     (Afbreken op de huidige knoop - inclusief xml data-knopen!) +break -l <BESTANDSNAAM> <REGELNR>    (Om een breekpunt op een bepaalde regel in het opgegeven bestand te zetten) +break -l <URI> <REGELNR>    (Om een breekpunt op een bepaalde regel in de opgegeven URI te zetten) +break <SJABLOONNAAM>    (Afbreken op een opgegeven of overeenkomend sjabloon.) +break <SJABLOONNAAM> <MODUSNAAM>    (Afbreken op het opgegeven sjabloon met een bepaalde modus.)> +break "" <MODUSNAAM>    (Afbreken op elk sjabloon met de opgegeven modus.) +break *    (Afbreken op elk sjabloon.) +break \*    (Afbreken op het sjabloon "*". Een andere naam die '*' bevat wordt niet speciaal behandeld.) +break     (Afbreken op de huidige knoop - inclusief xml data-knopen!)
-Bye -Uitvoering van het stijlblad zo snel mogelijk stoppen. -Gebruik van bye +Bye +Uitvoering van het stijlblad zo snel mogelijk stoppen. +
Gebruik van bye -bye +bye
-Cat -Het resultaat van een xpath-expressie op een knoop relatief aan de huidige weergeven. -Gebruik van cat +Cat +Het resultaat van een xpath-expressie op een knoop relatief aan de huidige weergeven. +
Gebruik van cat -Gebruik : cat <XPAD>    (Om eenvariable of parameter te bekijken) -Gebruik : cat $<QNAAM> +Gebruik : cat <XPAD>    (Om eenvariable of parameter te bekijken) +Gebruik : cat $<QNAAM>
-Cd -Naar een pad overschakelen dat gespecificeerd door een xpath. -Gebruik van cd +Cd +Naar een pad overschakelen dat gespecificeerd door een xpath. +
Gebruik van cd -<< = preceding-sibling::node() ->> = following-sibling::node() -<- = ancestor::node() --> = decendant::node() - +<< = preceding-sibling::node() +>> = following-sibling::node() +<- = ancestor::node() +-> = decendant::node() +
-Chdir -Van huidige werkmap veranderen. -Gebruik van chdir +Chdir +Van huidige werkmap veranderen. +
Gebruik van chdir -chdir <PAD>    (Een relatief of absoluut pad voor het besturingssysteem) +chdir <PAD>    (Een relatief of absoluut pad voor het besturingssysteem)
-Continue -Doorgaan met het uitvoeren van het stijlblad en stoppen op het eerstvolgende tegengekomen breekpunt. -Afkorting: c -Gebruik van continue +Continue +Doorgaan met het uitvoeren van het stijlblad en stoppen op het eerstvolgende tegengekomen breekpunt. +Afkorting: c +
Gebruik van continue -continue +continue
-Data -Overschakelen naar weergave van de huidige knoop als xml-data. Of de gebruikte xml-data veranderen. -Gebruik van data +Data +Overschakelen naar weergave van de huidige knoop als xml-data. Of de gebruikte xml-data veranderen. +
Gebruik van data -data    (Naar de huidige knoop in het document overschakelen.) -data <DATA>    (Naar een ander xml-databestand overschakelen. Een inleidende "~" wordt vervangen door de waarde van de omgevingsvariabele $HOME. De opdracht "run" is nodig om de data te verwerken.) +data    (Naar de huidige knoop in het document overschakelen.) +data <DATA>    (Naar een ander xml-databestand overschakelen. Een inleidende "~" wordt vervangen door de waarde van de omgevingsvariabele $HOME. De opdracht "run" is nodig om de data te verwerken.)
-Delete -Een sjabloonbreekpunt verwijderen. -Afkorting: d -Gebruik van delete +Delete +Een sjabloonbreekpunt verwijderen. +Afkorting: d +
Gebruik van delete -delete    (Een breekpunt op de huidige knoop verwijderen.) -delete <BREEKPUNT_ID>    (Een breekpunt op de opgegeven plaats verwijderen.) -delete -l <BESTANDSNAAM> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel van een bestand verwijderen.) -delete -l <URI> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel van een URI verwijderen.) -delete <TEMMPLATENAME>    (Breekpunt bij het opgegeven sjabloon verwijderen.) -delete *    (Alle breekpunten verwijderen.) +delete    (Een breekpunt op de huidige knoop verwijderen.) +delete <BREEKPUNT_ID>    (Een breekpunt op de opgegeven plaats verwijderen.) +delete -l <BESTANDSNAAM> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel van een bestand verwijderen.) +delete -l <URI> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel van een URI verwijderen.) +delete <TEMMPLATENAME>    (Breekpunt bij het opgegeven sjabloon verwijderen.) +delete *    (Alle breekpunten verwijderen.)
-Delparam -Een parameter voor libxslt verwijderen -Gebruik van delparam +Delparam +Een parameter voor libxslt verwijderen +
Gebruik van delparam -delparam    (Alle parameters verwijderen) -delparam <PARAM_ID> +delparam    (Alle parameters verwijderen) +delparam <PARAM_ID>
-Delwatch -Een geobserveerde expressie verwijderen of alle expressies verwijderen zoals ze door de opdracht "showwatch" getoond worden. -Gebruik van delwatch +Delwatch +Een geobserveerde expressie verwijderen of alle expressies verwijderen zoals ze door de opdracht "showwatch" getoond worden. +
Gebruik van delwatch -delwatch <WATCHID>    (Verwijder de opgegeven expressie) -delwatch *    (Verwijder alle expressies) +delwatch <WATCHID>    (Verwijder de opgegeven expressie) +delwatch *    (Verwijder alle expressies)
-Dir -Een lijst van knopen weergeven op een soortgelijke manier als de shell-opdracht dir. +Dir +Een lijst van knopen weergeven op een soortgelijke manier als de shell-opdracht dir. -Gebruik van dir +
Gebruik van dir -dir +dir
-Disable -Een breekpunt uitschakelen -Gebruik van disable +Disable +Een breekpunt uitschakelen +
Gebruik van disable -disable    (Het breekpunt op de huidige knoop verwijderen) -disable <BREEKPUNT_ID>    (Breekpunt met het opgegeven nummer verwijderen) -disable -l <BESTANDSNAAM> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel in een bestand verwijderen) -disable -l <URI> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel in een URI verwijderen) +disable    (Het breekpunt op de huidige knoop verwijderen) +disable <BREEKPUNT_ID>    (Breekpunt met het opgegeven nummer verwijderen) +disable -l <BESTANDSNAAM> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel in een bestand verwijderen) +disable -l <URI> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel in een URI verwijderen)
-Du -Een samenvatting van subknopen in een boomstructuur-formaat weergeven. -Gebruik van du +Du +Een samenvatting van subknopen in een boomstructuur-formaat weergeven. +
Gebruik van du -du +du
-Dump -De details van deze knoop weergeven -Gebruik van dump +Dump +De details van deze knoop weergeven +
Gebruik van dump -dump +dump
-Enable -Een breekpunt in- of uitschakelen (enable/disable omschakelen) -Afkorting: e -Gebruik van enable +Enable +Een breekpunt in- of uitschakelen (enable/disable omschakelen) +Afkorting: e +
Gebruik van enable -enable    (Breekpunt op de huidige knoop in-/uitschakelen) -enable <BREEKPUNT_ID>    (Opgegeven breekpunt in-/uitschakelen) -enable -l <BESTANDSNAAM> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel in een bestand in-/uitschakelen) -enable -l <URI> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel in een URI in-/uitschakelen) +enable    (Breekpunt op de huidige knoop in-/uitschakelen) +enable <BREEKPUNT_ID>    (Opgegeven breekpunt in-/uitschakelen) +enable -l <BESTANDSNAAM> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel in een bestand in-/uitschakelen) +enable -l <URI> <REGELNR>    (Breekpunt op de opgegeven regel in een URI in-/uitschakelen)
-Entities -Een lijst weergeven van de externe algemeen ingelezen entiteiten die aanwezig zijn in het databestand (document). -Afkorting: ent -Gebruik van entities +Entities +Een lijst weergeven van de externe algemeen ingelezen entiteiten die aanwezig zijn in het databestand (document). +Afkorting: ent +
Gebruik van entities -entities +entities
-Exit -Uitvoering van het stijlblad zo snel mogelijk stoppen. -Gebruik van exit +Exit +Uitvoering van het stijlblad zo snel mogelijk stoppen. +
Gebruik van exit -exit +exit
-Frame -Het stackframe op een bepaalde diepte weergeven -Afkorting: f -Gebruik van frame +Frame +Het stackframe op een bepaalde diepte weergeven +Afkorting: f +
Gebruik van frame -frame <FRAME_DEPTH>    (Diepte is een getal tussen 0 en de diepte van de huidige aanroepstack) +frame <FRAME_DEPTH>    (Diepte is een getal tussen 0 en de diepte van de huidige aanroepstack)
-Free -Stijlblad en data vrijgeven (Uitgeschakeld zie run) -Gebruik van free +Free +Stijlblad en data vrijgeven (Uitgeschakeld zie run) +
Gebruik van free -free +free
-Globals -Een lijst weergeven van de globale stijlblad-variabelen of -parameters. De waarde van een globale variabele weergeven. -Gebruik van globals +Globals +Een lijst weergeven van de globale stijlblad-variabelen of -parameters. De waarde van een globale variabele weergeven. +
Gebruik van globals -globals    (Lijst van alle globaal beschikbare variabelen weergeven) -globals -f    (Lijst van alle globale variabelen en hun waarden weergeven) -globals <QNAAM>    (De waarde van de opgegeven variabele weergeven) +globals    (Lijst van alle globaal beschikbare variabelen weergeven) +globals -f    (Lijst van alle globale variabelen en hun waarden weergeven) +globals <QNAAM>    (De waarde van de opgegeven variabele weergeven)
-Help -Een overzicht of hulp over een opdracht weergeven -Afkorting: h -Gebruik van help +Help +Een overzicht of hulp over een opdracht weergeven +Afkorting: h +
Gebruik van help -help     (Overzicht weergeven) -help <OPDRACHT>     (Hulp over een opdracht weergeven) +help     (Overzicht weergeven) +help <OPDRACHT>     (Hulp over een opdracht weergeven)
-Load -Opties en gebruikersvoorkeuren voor xsldbg van schijf laden -Gebruik van load +Load +Opties en gebruikersvoorkeuren voor xsldbg van schijf laden +
Gebruik van load -load +load
-Locals -Een lijst van lokale stijlblad-variabelen of -parameters weergeven. De waarde van een lokale variabele weergeven. -Gebruik van locals +Locals +Een lijst van lokale stijlblad-variabelen of -parameters weergeven. De waarde van een lokale variabele weergeven. +
Gebruik van locals -locals    (Lijst van alle lokaal beschikbare variabelen weergeven) -locals -f    (Lijst van alle lokale variabelen en hun waarden weergeven) -locals <QNAAM>    (Waarde van de opgegeven variabele weergeven) +locals    (Lijst van alle lokaal beschikbare variabelen weergeven) +locals -f    (Lijst van alle lokale variabelen en hun waarden weergeven) +locals <QNAAM>    (Waarde van de opgegeven variabele weergeven)
-Ls -Knopen in een kort formaat weergeven -Gebruik van ls +Ls +Knopen in een kort formaat weergeven +
Gebruik van ls -ls +ls
-Next -Een xsl:call-template of xsl:apply-templates overslaan. Deze opdracht heeft hetzelfde effect als de opdracht "step" gevolgd door "up". -Afkorting: n -Gebruik van next +Next +Een xsl:call-template of xsl:apply-templates overslaan. Deze opdracht heeft hetzelfde effect als de opdracht "step" gevolgd door "up". +Afkorting: n +
Gebruik van next -next    (Doorgaan naar volgende instructie op hetzelfde niveau) +next    (Doorgaan naar volgende instructie op hetzelfde niveau)
-Options -De huidige waarden van de opties van xsldbg weergeven -Gebruik van options +Options +De huidige waarden van de opties van xsldbg weergeven +
Gebruik van options -options +options
-Output -Een lokaal beschrijfbaar bestand opgeven om uitvoer van resultaten in op te slaan. -Afkorting: o -Gebruik van output +Output +Een lokaal beschrijfbaar bestand opgeven om uitvoer van resultaten in op te slaan. +Afkorting: o +
Gebruik van output -output <BESTANDSNAAM>    (Een lokaal, beschrijfbaar bestand. Het voorvoegsel "~" kan in *nix en CYGWIN gebruikt worden, net als omgevingsvariabelen onde RISC OS.) -output <URI>    (De <URI> mag alleen het protocol "file://" gebruiken. Deze wordt vervolgens omgezet in een geschikte bestandsnaam voor het besturingssysteem.) -output -    (Naar standaarduitvoer schrijven. Alleen gebruiken als u met de opdrachtregel van xsldbgwerkt.) +output <BESTANDSNAAM>    (Een lokaal, beschrijfbaar bestand. Het voorvoegsel "~" kan in *nix en CYGWIN gebruikt worden, net als omgevingsvariabelen onde RISC OS.) +output <URI>    (De <URI> mag alleen het protocol "file://" gebruiken. Deze wordt vervolgens omgezet in een geschikte bestandsnaam voor het besturingssysteem.) +output -    (Naar standaarduitvoer schrijven. Alleen gebruiken als u met de opdrachtregel van xsldbgwerkt.)
-Public -De waarde waarnaar een publieke ID verwijst weergeven. -Afkorting: pub -Gebruik van public +Public +De waarde waarnaar een publieke ID verwijst weergeven. +Afkorting: pub +
Gebruik van public -public "<PublicID>" +public "<PublicID>"
-Pwd -De huidige werkmap weergeven. -Gebruik van pwd +Pwd +De huidige werkmap weergeven. +
Gebruik van pwd -pwd +pwd
-Quit -Uitvoering van het stijlblad zo snel mogelijk stoppen. -Afkorting: q -Gebruik van quit +Quit +Uitvoering van het stijlblad zo snel mogelijk stoppen. +Afkorting: q +
Gebruik van quit -quit +quit
-Run -Het stijlblad herstarten. -Afkorting: r -Gebruik van run +Run +Het stijlblad herstarten. +Afkorting: r +
Gebruik van run -run +run
-Save -De opties en gebruikersvoorkeuren van xsldbg op schijf opslaan. -Gebruik van save +Save +De opties en gebruikersvoorkeuren van xsldbg op schijf opslaan. +
Gebruik van save -save +save
-Search -Een databank met alle informatie doorzoeken die uit de geladen stijlbladen gehaald is. -Alle uitvoerbestanden worden opgeslagen in de waarde van de optie "searchresultspath" als die een waarde heeft, of in dezelfde map als het stijlblad zich in bevindt. searchresults.xml wordt normaliter verwerkt door search.xsl, maar wordt door searchhtml.xsl verwerkt als de optie "preferhtml" aan staat. Als de opdracht search uitgevoerd wordt, wordt een xml-bestand (searchresults.xml) aangemaakt. U kunt dit bestand dan met uw eigen stijlblad verwerken om de gegevens op andere manieren weer te geven. Als de optie "preferhtml" niet aan staat, wordt searchresult.txt op het scherm weergegeven. Afhankelijk van de hoeveelheid data die verzameld is, duurt het een tijd om deze opdracht uit te voeren. -Gebruik van search +Search +Een databank met alle informatie doorzoeken die uit de geladen stijlbladen gehaald is. +Alle uitvoerbestanden worden opgeslagen in de waarde van de optie "searchresultspath" als die een waarde heeft, of in dezelfde map als het stijlblad zich in bevindt. searchresults.xml wordt normaliter verwerkt door search.xsl, maar wordt door searchhtml.xsl verwerkt als de optie "preferhtml" aan staat. Als de opdracht search uitgevoerd wordt, wordt een xml-bestand (searchresults.xml) aangemaakt. U kunt dit bestand dan met uw eigen stijlblad verwerken om de gegevens op andere manieren weer te geven. Als de optie "preferhtml" niet aan staat, wordt searchresult.txt op het scherm weergegeven. Afhankelijk van de hoeveelheid data die verzameld is, duurt het een tijd om deze opdracht uit te voeren. +
Gebruik van search -search <XPAD>    (Zie search.dtdvoor geldige waarden van xpath. het standaard <XPAD> is '//search/*' ) -search -sort <XPAD>    (Resultaten sorteren voordat deze uitgevoerd worden) +search <XPAD>    (Zie search.dtdvoor geldige waarden van xpath. het standaard <XPAD> is '//search/*' ) +search -sort <XPAD>    (Resultaten sorteren voordat deze uitgevoerd worden)
-Set -De waarde van een variabele instellen -Gebruik van set +Set +De waarde van een variabele instellen +
Gebruik van set -set <VARIABLE_NAME> <XPAD> +set <VARIABLE_NAME> <XPAD>
-Setoption -Een optie voor de uitvoering van het stijlblad instellen -U zult de opdracht run moeten gebruiken om de wijzigingen door te voeren. -Gebruik van setoption +Setoption +Een optie voor de uitvoering van het stijlblad instellen +U zult de opdracht run moeten gebruiken om de wijzigingen door te voeren. +
Gebruik van setoption -setoption <OPTION_NAME> <INTEGER_VALUE> -<OPTION_NAME> kan zijn: - +setoption <OPTION_NAME> <INTEGER_VALUE> +<OPTION_NAME> kan zijn: + - - debug    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, de boomstructuur voor het resultaat weergeven.) - catalogs    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, de catalogi uit $SGML_CATALOG_FILES, of SGML$CatalogFiles op RISC OS, gebruiken) - html    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, is het invoerdocument een HTML-bestand) - docbook    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, en docbook nog steeds door libxml ondersteund wordt, is het invoerdocument een SGML-docbook) - xinclude    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, doe dan een XInclude-verwerkstap op de invoer) - preferhtml    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, geef dan de voorkeur aan HTML-uitvoer voor zoekresultaten. Zie de opdracht search) - autoencode    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, probeer dan de codering van het stijlblad te gebruiken) - utf8input    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, is alle gebruikersinvoer in UTF-8. Dit is standaard als xsldbg als een thread uitgevoerd wordt) -      - gdb    (In gdb-compatabiliteitsmodus werken) - Voor een waarde 1 betekent dit - Veel meer berichten weergeven. De hoeveelheid "Breakpoint at ..." berichten verhogen. - Ten hoogste GDB_LINES_TO_PRINT regels worden weergegeven bij het evalueren van expressies, gevolgd door "...". Zie options.h voor hoe u deze waarde kunt veranderen, de standaard is 3 regels tekst. - Zowel lokale als globale variabelen worden weergegeven bij de opdracht "locals". - Bij het weergeven van expressies met cat of print zal de ge�alueerde waarde worden voorafgegaan door een "=" <EXPRESSION>. - + + debug    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, de boomstructuur voor het resultaat weergeven.) + catalogs    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, de catalogi uit $SGML_CATALOG_FILES, of SGML$CatalogFiles op RISC OS, gebruiken) + html    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, is het invoerdocument een HTML-bestand) + docbook    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, en docbook nog steeds door libxml ondersteund wordt, is het invoerdocument een SGML-docbook) + xinclude    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, doe dan een XInclude-verwerkstap op de invoer) + preferhtml    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, geef dan de voorkeur aan HTML-uitvoer voor zoekresultaten. Zie de opdracht search) + autoencode    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, probeer dan de codering van het stijlblad te gebruiken) + utf8input    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, is alle gebruikersinvoer in UTF-8. Dit is standaard als xsldbg als een thread uitgevoerd wordt) +      + gdb    (In gdb-compatabiliteitsmodus werken) + Voor een waarde 1 betekent dit + Veel meer berichten weergeven. De hoeveelheid "Breakpoint at ..." berichten verhogen. + Ten hoogste GDB_LINES_TO_PRINT regels worden weergegeven bij het evalueren van expressies, gevolgd door "...". Zie options.h voor hoe u deze waarde kunt veranderen, de standaard is 3 regels tekst. + Zowel lokale als globale variabelen worden weergegeven bij de opdracht "locals". + Bij het weergeven van expressies met cat of print zal de ge�alueerde waarde worden voorafgegaan door een "=" <EXPRESSION>. + - - - Voor een waarde 2 betekent dit Door KDbg benodigde berichten weergeven, naast de hierboven beschreven uitvoer (voor waarde 1). - + + + Voor een waarde 2 betekent dit Door KDbg benodigde berichten weergeven, naast de hierboven beschreven uitvoer (voor waarde 1). + - - + + - - nonet    (Als <INTEGER_VALUE> waar is,geen DTD's of entities via het netwerk laden) - novalid    (Als <INTEGER_VALUE> waaris, de DTD-inlaadfase overslaan) - repeat    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, de transformatie 20 maal herhalen) - profile    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, profielinformatie weergeven) - timing    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, de verstreken tijd weergeven) - noout    (Als <INTEGER_VALUE> waar is,het resultaat niet weergeven) - + + nonet    (Als <INTEGER_VALUE> waar is,geen DTD's of entities via het netwerk laden) + novalid    (Als <INTEGER_VALUE> waaris, de DTD-inlaadfase overslaan) + repeat    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, de transformatie 20 maal herhalen) + profile    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, profielinformatie weergeven) + timing    (Als <INTEGER_VALUE> waar is, de verstreken tijd weergeven) + noout    (Als <INTEGER_VALUE> waar is,het resultaat niet weergeven) + - -Waarbij de waarde waar is als deze NIET gelijk aan 0 is. -En waarbij de waarde niet waar is als deze WEL gelijk aan 0 is. -stdout    Alle foutmeldingen op standaarduitvoer in plaats van standaardfoutuitvoer weergeven. -setoption <OPTION_NAME> "<STRING_VALUE>"    (<STRING_VALUE> mag geen dubbele aanhalingstekens bevatten) -setoption <OPTION_NAME> <STRING_VALUE>    (<STRING_VALUE> mag geen spaties of dubbele aanhalingstekens bevatten) -<OPTION_NAME> kan zijn: - + +Waarbij de waarde waar is als deze NIET gelijk aan 0 is. +En waarbij de waarde niet waar is als deze WEL gelijk aan 0 is. +stdout    Alle foutmeldingen op standaarduitvoer in plaats van standaardfoutuitvoer weergeven. +setoption <OPTION_NAME> "<STRING_VALUE>"    (<STRING_VALUE> mag geen dubbele aanhalingstekens bevatten) +setoption <OPTION_NAME> <STRING_VALUE>    (<STRING_VALUE> mag geen spaties of dubbele aanhalingstekens bevatten) +<OPTION_NAME> kan zijn: + - - data    (URI van databestand) - source    (URI van bronbestand) - output    (SystemID van uitvoerbestand) - docspath    (Pad waarin documentatie gezocht wordt) - catalognames    (Namen van de te gebruiken catalogi als de optie catalogs ingesteld is. De waarde gaat verloren als de optie catalogs ingesteld wordt nadat deze waarde is ingesteld.) - encoding    (De codering die voor standaarduitvoer gebruikt wordt) - searchresultspath    In welk pad de zoekresultaten opgeslagen moeten worden. Als deze optie niet is ingesteld gebruikt xsldbg het pad van het stijlblad. - + + data    (URI van databestand) + source    (URI van bronbestand) + output    (SystemID van uitvoerbestand) + docspath    (Pad waarin documentatie gezocht wordt) + catalognames    (Namen van de te gebruiken catalogi als de optie catalogs ingesteld is. De waarde gaat verloren als de optie catalogs ingesteld wordt nadat deze waarde is ingesteld.) + encoding    (De codering die voor standaarduitvoer gebruikt wordt) + searchresultspath    In welk pad de zoekresultaten opgeslagen moeten worden. Als deze optie niet is ingesteld gebruikt xsldbg het pad van het stijlblad. + - +
-Shell -Een shell-opdracht uitvoeren -Gebruik van shell +Shell +Een shell-opdracht uitvoeren +
Gebruik van shell -shell <TEKST>    (<TEKST> is de opdracht die door het besturingssysteem uitgevoerd moet worden) +shell <TEKST>    (<TEKST> is de opdracht die door het besturingssysteem uitgevoerd moet worden)
-Showbreak -Een lijst van sjabloonbreekpunten weergeven. -Afkorting: showAls er een modus op een sjabloonbreekpunt beschikbaar is wordt deze toegevoegd aan het einde van de sjabloonnaam voor het breekpunt. Voorbeelduitvoer: -Breakpoint 3 enabled for template :"*" in file test1.xsl : line 105 -Breakpoint 2 enabled for template :"* testMode" in file test1.xsl : line 109 -Breakpoint 1 enabled for template :"* http://www.w3.org/1999/XSL/Transform:testMode" in file test1.xsl : line 113 - -Total of 3 breakpoints present - -Gebruik van showbreak +Showbreak +Een lijst van sjabloonbreekpunten weergeven. +Afkorting: showAls er een modus op een sjabloonbreekpunt beschikbaar is wordt deze toegevoegd aan het einde van de sjabloonnaam voor het breekpunt. Voorbeelduitvoer: +Breakpoint 3 enabled for template :"*" in file test1.xsl : line 105 +Breakpoint 2 enabled for template :"* testMode" in file test1.xsl : line 109 +Breakpoint 1 enabled for template :"* http://www.w3.org/1999/XSL/Transform:testMode" in file test1.xsl : line 113 + +Total of 3 breakpoints present + +
Gebruik van showbreak -showbreak +showbreak
-Showparam -De gebruikte parameters voor libxslt weergeven -Gebruik van showparam +Showparam +De gebruikte parameters voor libxslt weergeven +
Gebruik van showparam -showparam +showparam
-Showwatch -De huidige geobserveerde expressie weergeven -Afkorting: watches -Gebruik van showwatch +Showwatch +De huidige geobserveerde expressie weergeven +Afkorting: watches +
Gebruik van showwatch -showwatch    (De huidige observatiepunten en hun waarden weergeven) -showwatch 1    (Automatisch weergevenvan geobserveerde expressies. Standaard is deze optie ingeschakeld.) -showwatch 0    (Niet automatisch weergeven van geobserveerde expressies) +showwatch    (De huidige observatiepunten en hun waarden weergeven) +showwatch 1    (Automatisch weergevenvan geobserveerde expressies. Standaard is deze optie ingeschakeld.) +showwatch 0    (Niet automatisch weergeven van geobserveerde expressies)
-Source -De huidige knoop in het stijlblad weergeven. Of een anderstijlblad gebruiken. -Gebruik van source +Source +De huidige knoop in het stijlblad weergeven. Of een anderstijlblad gebruiken. +
Gebruik van source -source    (Naar de huidige knoop in het stijlblad overschakelen.) -source <BRON>    (Een ander bronbestand gebruiken. Het voorvoegsel "~" wordt vervangen door de waarde van de omgevingsvariabele $HOME. De opdracht "run" moet gebruikt worden om uitvoering te starten.) +source    (Naar de huidige knoop in het stijlblad overschakelen.) +source <BRON>    (Een ander bronbestand gebruiken. Het voorvoegsel "~" wordt vervangen door de waarde van de omgevingsvariabele $HOME. De opdracht "run" moet gebruikt worden om uitvoering te starten.)
-Step -Stappen tot de volgende instructie in het stijlblad. -Afkorting: s -Gebruik van step +Step +Stappen tot de volgende instructie in het stijlblad. +Afkorting: s +
Gebruik van step -step +step
-Stepdown -Naar beneden stappen, naar een nieuwer "aanroepframe" -Afkorting: down -Gebruik van stepdown +Stepdown +Naar beneden stappen, naar een nieuwer "aanroepframe" +Afkorting: down +
Gebruik van stepdown -stepdown     (een frame omlaag stappen) -stepdown <AANTAL_FRAMES>    (het opgegeven aantal frames omlaag stappen) +stepdown     (een frame omlaag stappen) +stepdown <AANTAL_FRAMES>    (het opgegeven aantal frames omlaag stappen)
-Stepup -Omhoog stappen naar een ouder "aanroepframe" -Afkorting: upDit is geen nauwkeurige opdracht, xsldbg zal zo dichtbij mogelijk stoppen. -Gebruik van stepup +Stepup +Omhoog stappen naar een ouder "aanroepframe" +Afkorting: upDit is geen nauwkeurige opdracht, xsldbg zal zo dichtbij mogelijk stoppen. +
Gebruik van stepup -stepup     (een frame omhoog stappen) -stepup <AANTAL_FRAMES>     (het opgegeven aantal frames omhoog stappen) +stepup     (een frame omhoog stappen) +stepup <AANTAL_FRAMES>     (het opgegeven aantal frames omhoog stappen)
-Stylesheets -Een lijst van geladen stijlbladen weergeven -Afkorting: style -Gebruik van stylesheets +Stylesheets +Een lijst van geladen stijlbladen weergeven +Afkorting: style +
Gebruik van stylesheets -stylesheets +stylesheets
-System -De waarde waarnaar een systeembestand verwijst weergeven -Afkorting: sys -Gebruik van system +System +De waarde waarnaar een systeembestand verwijst weergeven +Afkorting: sys +
Gebruik van system -system "<SystemID>" +system "<SystemID>"
-Templates -Een lijst van beschikbare sjablonen weergeven of naar een sjabloon zoeken -Afkorting: t -Gebruik van templates +Templates +Een lijst van beschikbare sjablonen weergeven of naar een sjabloon zoeken +Afkorting: t +
Gebruik van templates -templates -templates <TEMPLATE>    (Details over het sjabloon <TEMPLATE> weergeven - als dit gevonden kan worden) +templates +templates <TEMPLATE>    (Details over het sjabloon <TEMPLATE> weergeven - als dit gevonden kan worden)
-Trace -Een uitvoering van het stijlblad nalopen en het bestand en tussenliggende stappen weergeven. -Gebruik van trace +Trace +Een uitvoering van het stijlblad nalopen en het bestand en tussenliggende stappen weergeven. +
Gebruik van trace -trace +trace
-Tty -Een terminal openen. Het niveau van tty-doorsluizing instellen. -Gebruik van tty +Tty +Een terminal openen. Het niveau van tty-doorsluizing instellen. +
Gebruik van tty -tty <DEVICE_PAD>    ( <DEVICE_PAD> is een geldige terminal op het besturingssysteem. Probeert de terminal te openen.) -tty <TTY_NIVEAU>    (Het niveau van tty- doorsluizing instellen, waarbij <TTY_NIVEAU> een geldig invoer-/ uitvoerniveau is.) - Waarbij het niveau is - 0 = Standaard invoer/uitvoer - 1 = Terminal-uitvoer van resultaten van transformatie, nalopen en lopen.     (Standaardstatus als de tty geopend is. Nog niet volledig ge�plementeerd.) - 2 = Volledige doorsluizing naar terminal    (Nog niet ge�plementeerd.) - Alle andere integerwaarden worden als 0 beschouwd. +tty <DEVICE_PAD>    ( <DEVICE_PAD> is een geldige terminal op het besturingssysteem. Probeert de terminal te openen.) +tty <TTY_NIVEAU>    (Het niveau van tty- doorsluizing instellen, waarbij <TTY_NIVEAU> een geldig invoer-/ uitvoerniveau is.) + Waarbij het niveau is + 0 = Standaard invoer/uitvoer + 1 = Terminal-uitvoer van resultaten van transformatie, nalopen en lopen.     (Standaardstatus als de tty geopend is. Nog niet volledig ge�plementeerd.) + 2 = Volledige doorsluizing naar terminal    (Nog niet ge�plementeerd.) + Alle andere integerwaarden worden als 0 beschouwd. - +
-Validate -Het uitvoerbestand van het stijlblad valideren (Uitgeschakeld) -Gebruik van validate +Validate +Het uitvoerbestand van het stijlblad valideren (Uitgeschakeld) +
Gebruik van validate -validate +validate
-Walk -Door de code lopen op een aantal snelheden -Gebruik van walk +Walk +Door de code lopen op een aantal snelheden +
Gebruik van walk -walk <SNELHEID>    (Gebruik Ctrl-c om uitvoering te stoppen, <SNELHEID> is een waarde van 0 tot en met 9. Waarbij 0 stoppen betekent, 1 zeer snel, en 9 zeer langzaam) +walk <SNELHEID>    (Gebruik Ctrl-c om uitvoering te stoppen, <SNELHEID> is een waarde van 0 tot en met 9. Waarbij 0 stoppen betekent, 1 zeer snel, en 9 zeer langzaam)
-Where -Een spoor van sjabloonaanroepen weergeven (framestack) en de huidige werkmap weergeven -Afkorting: w -Gebruik van where +Where +Een spoor van sjabloonaanroepen weergeven (framestack) en de huidige werkmap weergeven +Afkorting: w +
Gebruik van where -where +where
-Write -Nog af te maken -Gebruik van write +Write +Nog af te maken +
Gebruik van write -write +write
diff --git a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/credits.docbook b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/credits.docbook index b44869d61ff..0e7b4dfb94d 100644 --- a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/credits.docbook +++ b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/credits.docbook @@ -1,24 +1,13 @@ -Dankbetuigingen en licentie +Dankbetuigingen en licentie -&xsldbg; -Programma copyright 2004 Keith Isdale k_isdale tpg com au &meld.fouten;&vertaling.sander; &underFDL; &underGPL; +&xsldbg; +Programma copyright 2004 Keith Isdale k_isdale tpg com au &meld.fouten;&vertaling.sander; &underFDL; &underGPL; -Dank aan -De auteurs van libxml en libxsl. -Johannes Sixt voor hulp met het toevoegen van ondersteuning voor xsldbg aan KDbg +Dank aan +De auteurs van libxml en libxsl. +Johannes Sixt voor hulp met het toevoegen van ondersteuning voor xsldbg aan KDbg
diff --git a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/index.docbook b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/index.docbook index 3160fed993e..9b5610ce8fb 100644 --- a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/index.docbook +++ b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/index.docbook @@ -2,9 +2,7 @@ - xsldbg"> + xsldbg"> @@ -25,58 +23,36 @@ -Het handboek van &xsldbg; +Het handboek van &xsldbg; -Keith Isdale
k_isdale@tpg.com.au
+Keith Isdale
k_isdale@tpg.com.au
&Sander.Koning;&Tom.Albers; -2002 -2003 -Keith Isdale +2002 +2003 +Keith Isdale -&FDLNotice; -2004-09-26 -1.01.00 +&FDLNotice; +2004-09-26 +1.01.00 -xsldbg is een hulpmiddel met als doel u te helpen stijlbladen te begrijpen. Het voornaamste verschil met andere stijlblad-debuggers is de mogelijkheid om interessante items te zoeken en om de uitvoering van een stijlblad te volgen. +xsldbg is een hulpmiddel met als doel u te helpen stijlbladen te begrijpen. Het voornaamste verschil met andere stijlblad-debuggers is de mogelijkheid om interessante items te zoeken en om de uitvoering van een stijlblad te volgen. -KDE -tdeutils -xsldbg -xsl -xml +KDE +tdeutils +xsldbg +xsl +xml
@@ -88,40 +64,29 @@ -Installatie +Installatie -&xsldbg; verkrijgen +&xsldbg; verkrijgen -Zie de component kxsldbg in de module tdewebdev in een nabije KDE cvs. +Zie de component kxsldbg in de module tdewebdev in een nabije KDE cvs. &install.intro.documentation; -Vereisten +Vereisten -Om &xsldbg; goed te kunnen gebruiken heeft u &kde; libxslt, libexslt en libxml nodig, die op een standaard KDE-installatie aanwezig zijn. +Om &xsldbg; goed te kunnen gebruiken heeft u &kde; libxslt, libexslt en libxml nodig, die op een standaard KDE-installatie aanwezig zijn. -Compileren en installeren -xsldbg wordt normaal gesproken gecompileerd als deel van de component kxsldbg in de module tdewebdev +Compileren en installeren +xsldbg wordt normaal gesproken gecompileerd als deel van de component kxsldbg in de module tdewebdev -Instellen +Instellen -&xsldbg; wordt ingesteld door middel van argumenten op de opdrachtregel en het commando setoption +&xsldbg; wordt ingesteld door middel van argumenten op de opdrachtregel en het commando setoption diff --git a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/introduction.docbook b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/introduction.docbook index 9a90c851001..d3e75a13f94 100644 --- a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/introduction.docbook +++ b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/introduction.docbook @@ -1,29 +1,16 @@ -Inleiding +Inleiding -&xsldbg; is een tekstgebaseerd hulpmiddel voor het debuggen van +&xsldbg; is een tekstgebaseerd hulpmiddel voor het debuggen van stijlbladen (de zogenaamde eXtensible Stylesheet Language) en heeft opdrachten die lijken op die van de debugger gdb in Unix/Linux. Er zijn drie belangrijke manieren beschikbaar voor het uitvoeren van stijlbladen. - - Het gehele stijlblad uitvoeren. - Naar de volgende xsl-instructie stappen. - Doorgaan tot het volgende breekpunt, of het stijlblad opnieuw gestart is. - + + Het gehele stijlblad uitvoeren. + Naar de volgende xsl-instructie stappen. + Doorgaan tot het volgende breekpunt, of het stijlblad opnieuw gestart is. + diff --git a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/usage.docbook b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/usage.docbook index bf8d995f219..e46eeca2c9c 100644 --- a/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/usage.docbook +++ b/tde-i18n-nl/docs/tdewebdev/xsldbg/usage.docbook @@ -1,299 +1,62 @@ -&xsldbg; gebruiken - -Argumenten voor de opdrachtregel van xsldbg -Op systemen waar readline beschikbaar is, kunt u de toetsen terug/vooruit om door de geschiedenis van ingevoerde opdrachten te bladeren. Op alle systemen kan de laatst ingevoerde opdrachtherhaald worden door op de toets <ENTER> te drukken. -Als uw besturingssysteem het ondersteunt worden bestandsnamen uitgebreid. -Een aantal opdrachten accepteren meer dan één argument. U kuntaanhalingstekens gebruiken om complexe expressies als één argument te laten gebruiken. Bijvoorbeeld break "* | @" maakt het mogelijk om een breekpunt op het sjabloon met de naam "* | @" te plaatsen. +&xsldbg; gebruiken + +Argumenten voor de opdrachtregel van xsldbg +Op systemen waar readline beschikbaar is, kunt u de toetsen terug/vooruit om door de geschiedenis van ingevoerde opdrachten te bladeren. Op alle systemen kan de laatst ingevoerde opdrachtherhaald worden door op de toets <ENTER> te drukken. +Als uw besturingssysteem het ondersteunt worden bestandsnamen uitgebreid. +Een aantal opdrachten accepteren meer dan één argument. U kuntaanhalingstekens gebruiken om complexe expressies als één argument te laten gebruiken. Bijvoorbeeld break "* | @" maakt het mogelijk om een breekpunt op het sjabloon met de naam "* | @" te plaatsen. -Legenda van gebruikte termen -De volgende tabel beschrijft de termen die in de opdrachtengids gebruikt worden. +Legenda van gebruikte termen +De volgende tabel beschrijft de termen die in de opdrachtengids gebruikt worden. - - SJABLOONNAAM : Een geldige sjabloonnaam die alleen ASCII-tekens0x00 tot en met 0x7F bevat. Mogelijk een volledig gekwalificeerde naam zoals "xsl:templateName". - BESTANDSNAAM : Een geldige bestandsnaam op het lokale systeem van de gebruiker. Het voorvoegsel "~" mag op *nix en CYGWIN gebruikt worden. Onder RISC OS mogen omgevingsvariabelen gebruikt worden. - URI : Een 'Uniform Resource Identifier' zoals gedefinieerd door -RFC 2396 - MODUSNAAM : De sjabloonmodus, kan een volledig gekwalificeerde naam zijn als "xsl:modeName". - QNAAM : Een volledig gekwalificeerde naam als "xsl:localPart" - REGELNR : Een geldig regelnummer in het bijbehorende bestand <BESTANDSNAAM> - AANTAL_FRAMES : Een geldig aantal frames om de huidige positie mee te wijzigen. - BREEKPUNT_ID : Een geldig breekpuntnummer. - OBSERVATIE_ID : Een geldige observatie-expressie zoals aangegeven door de opdracht showwatch - SNELHEID: de snelheid om mee door de code te lopen, getal van 0 tot en met 9 -     (Commentaar): een opmerking over de betekenis of het gebruik van de opdracht - { opt1 | opt2 | opt3 .. enz} : Kies een van de opties. - XPAD : Een xpad-selectie van knopen - PARAM_ID : Een geldig parameternummer zoals aangegeven door de opdracht showparam - PAD : Een pad om de huidige werkmap in te veranderen. Op sommigebesturingssystemen wordt het voorvoegsel "~" vervangen door het pad naar uw persoonlijke map. - TEKST : Vrije tekst     (geen restricties) - OPDRACHT : Een geldige opdracht voor xsdbg - QNAAM : Een geldige naam van een variabele of parameter - BRON : Het stijlblad dat uitgevoerd wordt of moet worden. Zie <BESTANDSNAAM> en <URI> - DATA : De xml-data (document) die door het stijlblad verwerkt wordt of moet worden. Zie <BESTANDSNAAM> en <URI> - DEVICE_PAD : Een geldige terminal op het besturingssysteem - TTY_NIVEAU : Een geldig invoer-/uitvoer-niveau om te gebruiken - - + + SJABLOONNAAM : Een geldige sjabloonnaam die alleen ASCII-tekens0x00 tot en met 0x7F bevat. Mogelijk een volledig gekwalificeerde naam zoals "xsl:templateName". + BESTANDSNAAM : Een geldige bestandsnaam op het lokale systeem van de gebruiker. Het voorvoegsel "~" mag op *nix en CYGWIN gebruikt worden. Onder RISC OS mogen omgevingsvariabelen gebruikt worden. + URI : Een 'Uniform Resource Identifier' zoals gedefinieerd door +RFC 2396 + MODUSNAAM : De sjabloonmodus, kan een volledig gekwalificeerde naam zijn als "xsl:modeName". + QNAAM : Een volledig gekwalificeerde naam als "xsl:localPart" + REGELNR : Een geldig regelnummer in het bijbehorende bestand <BESTANDSNAAM> + AANTAL_FRAMES : Een geldig aantal frames om de huidige positie mee te wijzigen. + BREEKPUNT_ID : Een geldig breekpuntnummer. + OBSERVATIE_ID : Een geldige observatie-expressie zoals aangegeven door de opdracht showwatch + SNELHEID: de snelheid om mee door de code te lopen, getal van 0 tot en met 9 +     (Commentaar): een opmerking over de betekenis of het gebruik van de opdracht + { opt1 | opt2 | opt3 .. enz} : Kies een van de opties. + XPAD : Een xpad-selectie van knopen + PARAM_ID : Een geldig parameternummer zoals aangegeven door de opdracht showparam + PAD : Een pad om de huidige werkmap in te veranderen. Op sommigebesturingssystemen wordt het voorvoegsel "~" vervangen door het pad naar uw persoonlijke map. + TEKST : Vrije tekst     (geen restricties) + OPDRACHT : Een geldige opdracht voor xsdbg + QNAAM : Een geldige naam van een variabele of parameter + BRON : Het stijlblad dat uitgevoerd wordt of moet worden. Zie <BESTANDSNAAM> en <URI> + DATA : De xml-data (document) die door het stijlblad verwerkt wordt of moet worden. Zie <BESTANDSNAAM> en <URI> + DEVICE_PAD : Een geldige terminal op het besturingssysteem + TTY_NIVEAU : Een geldig invoer-/uitvoer-niveau om te gebruiken + + -Overzicht van beschikbare opdrachten +Overzicht van beschikbare opdrachten - -Hulp :help -Uitvoering : {bye|exit| quit}, step, stepup, stepdown, next, continue, run, trace, setoption, options -Parameters van libxslt : addparam, delparam, showparam, output, setoption, options -Sjablonen : templates, where, frame -Breekpunten : break, showbreak, delete, enable -Expressies bekijken (xpath) : cat -Knopen bekijken : ls, dir, du, cat, pwd -Variabelen bekijken : globals, locals, cat, addwatch -Variabelen zetten : set -Knopen selecteren : source, data, cd -Zoeken :search -Besturingssysteem :chdir, shell, tty -Bestanden : output, entities, system, public -Uitgeschakelde bestandsopdrachten : validate, load, save, write, free - + +Hulp :help +Uitvoering : {bye|exit| quit}, step, stepup, stepdown, next, continue, run, trace, setoption, options +Parameters van libxslt : addparam, delparam, showparam, output, setoption, options +Sjablonen : templates, where, frame +Breekpunten : break, showbreak, delete, enable +Expressies bekijken (xpath) : cat +Knopen bekijken : ls, dir, du, cat, pwd +Variabelen bekijken : globals, locals, cat, addwatch +Variabelen zetten : set +Knopen selecteren : source, data, cd +Zoeken :search +Besturingssysteem :chdir, shell, tty +Bestanden : output, entities, system, public +Uitgeschakelde bestandsopdrachten : validate, load, save, write, free + -- cgit v1.2.1